donderdag 15 januari 2009

Het personalistisch minimum

En dan was er Gotland: het personalistisch minimum, het laagste punt op de curve. Op de trein naar huis wilde ik meteen beginnen schrijven over de afgrond die ik had gezien, maar ik bleek mijn notaboek in Visby te hebben gelaten; dan ben ik maar verwoed de kantlijnen van een tijdschrift vol beginnen kladden. Visby was een verschrikkelijke, pijnlijke, interessante ervaring. Ik schreef een vriend: “Ben onderweg van Kalmar naar Kopenhagen, de weg naar huis. Je hebt er geen idee van hoe belachelijk deze reis was. Maar mijn wereldbeeld en personalisme zijn nu sterker dan ooit. Het klopt. Ik zie zuiverder wat onze opdracht aan de ander is... Het is ofwel geven, ofwel de hel. Aan ons om te kiezen... Eens te meer dank ik je voor je vriendschap, het was een van de redenen van mijn geduld met deze arme falende mensen.” Wat spreekt daar uit? Toch geen hoogmoed hoop ik? Ze moesten het eens weten. Nu zitten ze daar in Visby een beetje met z'n tweeën te stinken. Maar ik zal er toch iets over moeten schrijven, op een verteerbare manier – over hoe jammer ik het vind dat ik er niet in ben geslaagd om door te dringen tot hun leefwereld, hun interesses, tot hun persoon. Ik was er rijker door geworden. Maar het ging niet. Die twee mensen waren 'afgrondelijk', elk op hun eigen manier. De ene was cynisch en in zichzelf gekeerd, tegelijk het extreme gedrag van de andere observerend en soms terechtwijzend. Die andere gedroeg zich als een klein kind... Elk gesprek zag hij als een discussie, als een uitdaging om de bovenhand te halen. Tegelijk ging hij bijna elk gesprek uit de weg – en in plaats van gesprekken waren er salvo's van indrukken en commentaren, niets diepers dan stimulus-respons-gedrag of botte afkeuring van andermans idee. En soms heel opvallende verontschuldigingen ook, geforceerd als uiting van extreme onzekerheid. Steeds de drang om 'iets te doen' terwijl reizen deels ook 'zijn op locatie' kan betekenen: een ander decor voor een ander gesprek. Neen, deze reis was een personalistische mislukking, en voor mij, een tafereel uit de hel; maar op elk moment koesterde ik me in de warmte van eigen vreugde, het vuur van optimisme en levensvisie, de gedachte aan alle heerlijke uren met alle heerlijke vrienden; de gesprekken die uren lang naar elkaar toegroeien bij een glas wijn; de herkenning van oog tot oog; de liefde tussen mensen. De liefde tussen personen. Elke dag zie ik de theorie van het personalisme meer en meer bevestigd. En cynisme is vanaf vandaag immoreel.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten